woensdag 6 februari 2008

Schaaklessen (6)

We gaan ons nu bezig houden met de Spielmann-variant van het Frans. Die variant begint zo:
1. e4, e6
2. b3, d5
Zwart valt dus pion e4 aan, zoals in alle varianten. Wit kan daar weer 3. e5 of 3. ed5 of 3. Pc3 of een andere dekkende zet op spelen, maar dan vraag je je wel af: waarom heeft wit dan b3 gespeeld?
Wit heeft natuurlijk b3 gespeeld om zijn dameloper te fianchetteren en zo een aanvallend spel te beginnen. Als ik wit was, zou ik
3. Lb2
spelen. Zwart kan nu wel 3. ...de4 doen, maar dan kan het zo verder gaan: 4. Pc3, Pf6 5. g4 en wit dreigt g5 en Lg2 te spelen. Hij wint die pion terug en hij heeft aardige aanvalskansen.
Dit is nu een gambiet: wit offert een pion, om daar een zeker voordeeltje mee te behalen.
Maar een gambiet kun je aannemen, je kunt het ook weigeren. Dat is ook hier verreweg het beste. Zwart kan het beste spelen:
3. ..., Pf6
Nu kan wit 4. e5 spelen, om dat paard lastig te vallen (dan speelt zwart 4. ...Pfd7), maar dan staat die mooie loper op b2 tegen zijn eigen pion aan te kijken. Het meest verstandige is om
4. ed5
te spelen. Zwart kan op drie manieren die pion terugpakken: 4. ..., Dxd5 maar dan zet wit simpelweg 5. Lc4. Zwart moet weg met zijn dame, en wit heeft gratis een loper extra ontwikkeld. 4. ..., Pxd5 is ook niet zo goed: wit speelt 5. c4 en dat paard moet weer terug. Blijft over:
4. ..., ed5
Waarna het zo zou kunnen verder gaan:
5. Pf3, Le7
6. Le2, 0-0
7. 0-0,Lf5
8. Te1, c5
Zwart dreigt die loperlijn b2-h8 af te sluiten. Als hem dat lukt, schiet hij op. Met andere woorden: welk veld is het belangrijkste veld op het bord? Veld d4!

Geen opmerkingen: