Posts tonen met het label heilige. Alle posts tonen
Posts tonen met het label heilige. Alle posts tonen

zaterdag 5 april 2008

Heilige

De Zalige Mariano de la Mata Aparicio (Barrio La Puebla, Palencia, 31 december 1905 - Sao Paulo, 5 april 1983) was een Spaans geestelijke en missionaris.

Mariono groeide op in een diep gelovig gezin en trad in 1921 in bij de augustijnen. Na studies in Valladolid en Burgos werd hij in 1929 priester gewijd. In 1931 trok hij als missionaris naar Brazilië. Daar werd hij bekend als boodschapper van de liefdadigheid voor de allerarmsten. Hij was geestelijk leider van de liefsdadigheidsateliers van de heilige Rita van Cassia, die zich bezighielden met het maken van stevige kledij voor de armen. Tijdens pater Mariano's leven hadden die ongeveer 9.000 vrouwen als lid. Pater Mariano bezocht steeds de vier klinieken van de Sint Augustinudparcohie van Sao Paulo. Hij zag heel graag kinderen en had altijd snoepjes voor hen in zijn zakken, zodat die steeds rondom hem zwermden. Hij was ook een groot natuurliefhebber en postzegelverzamelaar. Pater Mariano stierf in april 1983 aan kanker.

Mariano de la Mata werd in 2006 zalig verklaard door paus Benedictus XVI.

vrijdag 4 april 2008

Heilige

Gaetano Catanoso (Chorio de San Lorenzo, Reggio Calabria, 14 februari 1879 - Reggio Calabria, 4 april 1963) was een heilige in het christendom.

Hij werd priester gewijd voor het aartsbisdom Reggio Calabria-Bova. Hij was kapelaan en pastoor in verscheidene parochies. Zijn bisschop benoemde hem ook tot kathedraal kanunnik penitentiarius. Verder was hij spiritueel directeur van het diocesaan seminarie, ziekenhuispastor en biechtvader voor kloosterlingen. Catanoso stichtte ook een zustercongregatie, de Congregatie van de Dochters van de Heilige Veronica (Missionarissen van het Heilig Gelaat).

Hij werd heilig verklaard op 23 oktober 2005. Zijn feestdag is op 4 april.

Je vraagt je toch werkelijk af.

woensdag 2 april 2008

Heilige

Nikolaas (Mykolay) Charnetskyi (Semakivtsi, 18 december 1884 - L'viv, 2 april 1959) was een Oekraïens martelaar.

Mykolay was de oudste van een vrome boerenfamilie. In 1903 ging hij naar Rome om filosofie te studeren en in 1909 werd hij tot priester gewijd in de Grieks-katholieke Kerk. In 1910 werd hij pmrofessor filosofie en dogmatische theologie iaan het seminarie van Stanislaviv. In 1919 trad hij in in het noviciaat van de redemptoristen in Zboiska, nabij L'viv.

In 1926 stichtten de redemptoristen van de ordeprovincie L'viv een missiehuis in Kovel. Na de opening van het klooster en de kerk won pater Charnetski de achting van de bevolking en zelfs van de orthodoxe geestelijken. Hij zette zich in om de oostelijke liturgie zuiver te bewaren. Paus Pius XI benoemde hem tot titulair bisschop van Lebed en tot apostolisch visitator van de Oekraïense katholieken in Wolhynië en Pidliashsha.

Als eerste Oekraïens bisschop uit de congregatie der redemptoristen werd Mykolay Charnetskyi van in het begin een schietschijf. Tijdens de Sovjetbezetting van het Westen van Oekraïene in 1939 werden de redemptoristen er toe gedwongen om Wolhynië te verlaten., Bisdchop Charnetskyi trok zich vervolgens terug in het klooster der redemptoristen in L'viv om moraaltheologie te onderwijzen. Na de intocht der Duitse troepen in 1941, doceerde hij filosofie, psychologie en moraaltheologie aan de theologische academie. Nadat de sovjettroepen in 1944 Galicië heroverd hadden, werd hij in april 1945 gearresteerd, gevangen genomen en meermaals mishandeld. Vervolgens wordt hij Kiev gebracht en veroordeeeld tot 10 jaar gevangenis omdat hij als agent van het Vaticaan gewerkt had. In zijn periode van gevangenschap onderging Charnetskyi samen 600 uur foltering en verhoor. Hij zat op 30 verschillende plaatsen vast, o.m. in Siberië. In 1956 verslechterde zijn gezondheidstoestand zodanig dat de artsen niet meer op zijn overleven rekenden. Hij werd vrijgelaten en naar het ziekenhuis van L'viv gebracht. Hij herstelde echter en betrok een woning samen met de redemptoristenbroeder Klymentiy een woning, voerde zijn apostolaat verder als plaatsvervanger van de bisschop van de Grieks-katholieken Kerk van Oekraïene en bracht zijn tijd door met lezen en bidden, dikwijls in extase verzonken. Hij ondersteunde zijn medebroeders, begeleidde kandidaat-priesters en wijdde meer dan 10 van hen tot priester.

Allen die Mykolay Charnetskyi hebben gekend, getuigen over zijn heilige levenswijze. Van verre bezoeken zieken zijn graf voor genezing. Hij werd in 2001 zalig verklaard als martelaar door paus Johannes Paulus II. Zijn gedenkdag is op 2 april.

dinsdag 1 april 2008

Heilige

De heilige Hugo van Grenoble (nabij Valence, 1053 - Grenoble, 1 april 1132) werd in 1078 kanunnik in Valence en in 1080 bisschop van Grenoble. Overtuigd van zijn eigen onkunde, trok hij zich terug en werd hij benedictijner monnik in Chaise-Dieu, maar paus Gregorius VII beval hem weer zijn functie in Grenoble op te nemen. Het was Hugo die land gaf aan de H. Bruno van Keulen om er zijn abdij van Chartreuse te bouwen, de eerste abdij van de kartuizers.

Hugo van Grenoble was een oom van de heilige Hugo van Bonnevaux.

In 1134, slechts twee jaar na zijn dood, werd hij door paus Innocentius II heilig verklaard. Zijn feestdag is op 1 april. Hij is de patroonheilige van Grenoble en wordt aanroepen tegen hoofdpijn.

zaterdag 29 maart 2008

Heilige

Gwynllyw, ook Woollos en Gundleus genoemd, was een Welshe koning en heilige uit de 6de eeuw.
Gwynllyw dong volgens de legende naar de hand van Gladys, de dochter van Brychan. Toen Brychan echter weigerde, ontvoerde Gwynllyw het meisje en begon hij met haar een gewelddadig bestaan. Hij werd de vader van Cadoc en deze kon Gwynllyw en Gladys er van overtuigen hun gewelddadig bestaan op te geven en hun religieuze roeping te volgen. Hij werd monnik in Newport in Monmouthshire. Op het einde van zijn leven werd hij kluizenaar in Wales. De Anglicaanse kathedraal in Newport is aan hem toegewijd. Hij wordt als heilige gevierd op 29 maart.

vrijdag 28 maart 2008

Heilige

De heilige Gontram of Gunthram (rond 545 - Chalon-sur-Saône, 28 maart 592) was de tweede zoon van de Frankische koning Chlotarius I en een broer van de koningen Charibert I van Neustrië, Chilperic I van Soissons en Sigebert I van Austrasië. Gontram werd in 561 koning van Orléans, en in 567 koning van Bourgondië, Marseille en Arles.
Hij huwde Mercatrudis, maar scheidde van haar. Toen Mercatrudis ziek werd, doodde hij haar arts. Nadien bekeerde hij zich. Gontram was een bedreven diplomaat en steunde de kerk. De deemoedige Gontram was geliefd bij het volk, maar er zijn ook bloedige gewelddaden van deze heerser bekend.
Zijn naamdag is op 28 maart. Gontram is de patroonheilige van de uit de echt gescheidenen, de moordenaars en de bewakers.

woensdag 26 maart 2008

Heilige

Liudger (Zuilen bij Utrecht, 742 - bij Billerbeck, 26 maart 809) was een Nederlandse missionaris en rooms-katholieke bisschop. Later aangeduid als de 'apostel der Groningers' was hij een 8e eeuwse missionaris in het gebied der Friezen. Het grootste deel van de huidige provincie Groningen was toen Fries gebied. Hij voltooide het werk waarvan evangeliepredikers als Willibrord en Bonifatius de grondleggers zijn geweest.
Liudgers grootvader was een Friese edelman die naar Luik was gevlucht. Daar kwam hij in aanraking met het christendom en bekeerde zich tot dit geloof. Zijn zoon trouwde met een vrome christin en uit dit huwelijk werd Liudger geboren. Na een vooropleiding bij Gregorius van Utrecht stuurden zijn ouders hem naar York in Engeland. Daar stond de beroemdste school van West-Europa onder leiding van Alcuinus. Later kreeg deze geleerde van naam de hofschool van Karel de Grote onder zijn hoede.
In 777 begon Liudger zijn apostelwerk in Deventer. Van daaruit breidden zijn werkzaamheden zich uit naar het noorden, tot in de verste uithoeken van het Friese Zeerijk. Aan het eind van iedere zomer zeilde hij vanuit Stavoren naar Utrecht om daar tijdens de herfstmaanden les te geven aan de kloosterschool.
Zijn voorgangers, met name Bonifatius, hadden weinig succes geboekt in de noordelijke streken. Liudger had echter het grote voordeel dat hij de landstaal sprak. Ook had Karel de Grote in 783 Widukind verslagen, waardoor het gebied ten oosten van de Lauwers bij het Frankische rijk kwam. In 786 kreeg Liudger de opdracht Hugmerchi, Hunusga, Fivilga, Emisga, Federitga en het eiland Bant te kerstenen. Hierin zijn de Groninger gouwen en de Oostfriese gebieden Eemsgo en Federgo te herkennen. Het eiland Bant is verdwenen in het oostfriese wad.
Rond 700 reisde Willibrord naar het eiland Fositeland (het huidige Helgoland) om het eiland te kerstenen, wat niet lukte.[1] Circa 785 reisde vervolgens Liudger af naar dit eiland en vernielde daar alles wat met de verering van de god Fosite te maken had, bouwde er een kerk en kerstende het eiland inclusief de heidens heilige waterbron.[2][3]
In 796 stichtte Liudger een klooster in Werden, thans een stadsdeel van Essen, aan de Ruhr. Om van dit klooster een centrum van beschaving en geleerdheid te maken, gaf hij al zijn bezittingen aan het klooster. Ook in de streken die hij gekerstend heeft werden aan dit klooster zeer veel schenkingen gedaan. Nadien werd Liudger de eerste bisschop van Münster. Ook de Groninger gouwen hoorden bij dit diocees.
Een grote rol in Liudgers succes heeft volgens de levensbeschrijving door zijn oomzegger Altfridus zijn genezing van de blinde bard Bernlef gespeeld. Tijdens één van zijn reizen door het Groningerland ontmoette Liudger de blinde bard in Helwerd. Hij trachtte Bernlef tot het christendom te bekeren. Bernlef zou daarop tegen Liudger hebben gezegd: "Als uw God zo machtig is, toon mij dan een teken". De heilige legde daarop zijn handen op de ogen van de bard en sprak een gebed uit. Hierna kon de blinde weer zien.


dinsdag 25 maart 2008

Heilige

Dismas is een heilige en staat bekend als de goede dief. Hij is één van de twee misdadigers die ieder aan een kant van Jezus Christus aan het kruis hingen. Volgens het Evangelie van Lucas had hij zich bekeerd aan het kruis en Jezus zou hem weer zien in het paradijs.
Dismas werd vroeger gebruikt om zondigen te bekeren. In de iconografie wordt hij meestal afgebeeld met Jezus, maar soms wordt hij ook alleen afgebeeld. Hij is enkel gekleed in een lendedoek en met touw aan het kruis gebonden. Soms hangt boven zijn hoofd een bordje met daarop Dismas Latro. Dit betekent Dismas Boef. Onder het kruis zit een slang (de duivel). Ook heeft hij een spreukband met daarop: Hodie mecum eris in paradiso (Vandaag zult gij met mij in het paradijs zijn). Dismas is de patroonheilige voor begrafenisondernemers, dieven en terdoodveroordeelden. Zijn feestdag valt op 25 maart.
Ik weet maar één iemand die ook Dismas heet: Jan Dismas Zelenka. Ongelukkige naamkeus.

zondag 23 maart 2008

Heilige

Turibius de Mogrovejo (Mayorga de Campos, León (Spanje), 18 november 1538 - Santa (Peru), 23 maart 1606), eigenlijk Toribio Alfonso Mogrovejo was de tweede aartsbisschop van Lima en is een Rooms-Katholieke heilige.
Turibius was jurist en werd priester gewijd in 1578. Hij werd rechter van de Inquisitie in Granada en aartsbisschop van Lima in 1579. Mogrovejo stichtte het eerste seminarie op het westelijk halfrond en organiseerde de kerk in Peru. Hij ijverde voor de rechten van de inboorlingen tegen de Spaanse bezetters.
Mogrovejo werd heilig verklaard in 1726. Zijn naamdag is op 23 maart. Hij is patroon van Peru en van de Latijns-Amerikaanse bisschoppen.

zaterdag 22 maart 2008

Heilige

Clemens August von Galen (Dinklage, 16 maart 1878 - Münster, 22 maart 1946) was een Duits kardinaal. Hij werd bisschop van Münster in 1933, vlak voor de benoeming van Adolf Hitler tot rijkskanselier. Wegens zijn verzet tegen de nazi's wordt hij ook wel De Leeuw van Münster genoemd.
Hij stamde uit een oud Duits adellijk geslacht: de zeventiende-eeuwse bisschop en krijgsheer Bernhard von Galen (bijgenaamd Bommen Berend) was een verre voorouder van hem.
Von Galen was een uitgesproken anti-communist en heeft zich openlijk verzet tegen de nazi's en hun zogeheten euthanasiepolitiek (T-4-euthanasieprogramma), waarbij duizenden daklozen, geesteszieken en gehandicapten om het leven werden gebracht.
In 1941 hield hij drie historische preken tegen de nazi's, die op dat ogenblik reeds 100.000 gehandicapten om het leven hadden gebracht. De tekst van zijn homilie van 3 augustus 1941 in de Lambertikirche in Münster werd later door Britse vliegtuigen boven Duitsland gedropt. Hierop volgde een strikt Gestapo-huisarrest dat tot april, 1945 (inmars der Engelsen) zou duren. Daardoor kon von Galen niet tegen de jodendeportaties preken, die eerst later begonnen. Alfred Rosenberg en Martin Bormann wilden de rebelse bisschop van Münster na een eventuele nazi-eindoverwinning aan het Oostfront op de Markt in Münster publiekelijk laten ophangen.
Na de inname van het platgebombardeerde Münster door de geallieerden, wilden Engelse en Amerikaanse journalisten allemaal interviews afnemen van de bisschop die de nationaalsocialistische staatsterreur getrotseerd had en zich publiekelijk tegen Hitler had uitgesproken. Von Galen was echter druk met het coördineren van hulp aan vluchtelingen en de herbouw van weeshuizen en kerken in het stadscentrum. Een Britse militair die voor MI5 werkte, kenmerkte Von Galen als een "doorgewinterde Duitse nationalist" (maar anti-nazi) die het karakter "van een eik" had. Zoals von Galen nazi-misdaden had aangevallen, zo viel hij nu ook de behandeling van Duitse burgers door de geallieerden (incl. Sovjets en Polen) aan. Hij beschuldigde de geallieerden (niet alleen Sovjet-Russen, maar ook Polen en Engelsen) vanwege de reeds begonnen systematische verdrijving van Duitse burgers uit Silezië, Oost-Pruisen, Danzig en Pommeren ervan bewuste etnische zuivering na te streven; de catastrofale voedselvoorziening in de westelijke bezettingszones weet hij aan de "Anglo-Amerikanen" die de Duitse bevolking door een hongersnood zouden willen breken.
Begin 1946 reisde hij naar Rome om er door Paus Pius XII tot kardinaal gewijd te worden. Hij werd in Münster als held ingehaald; vele Duitsers zagen in deze benoeming een begin van herwonnen nationaal zelfrespect. Minder dan een week na thuiskomst stierf hij op 22 maart 1946, op 68-jarige leeftijd.
Zijn zaligverklaringsproces werd in 1955 gestart en in november 2004 met positief gevolg afgesloten. Op 9 oktober 2005 werd hij door de Portugese kardinaal José Saraiva Martins, de Prefect van de Congregatie voor de Zalig- en Heiligverklaringen, in de Sint-Pietersbasiliek in Rome zalig verklaard. Zijn gedenkdag valt op 22 maart.

vrijdag 21 maart 2008

Heilige

Nicolaas van Flüe (Sachseln, 1417 - Ranft, 21 maart 1487), geboren als Nikolaus Löwenbrugger, is een Zwitsers heilige. Tijdens zijn leven was hij boer, raadsheer en rechter. Hij was getrouwd met Dorothee Wyss, samen kregen zij tien kinderen (vijf zonen en vijf dochters).
Nicolaas van Flüe was erg gelovig. Reeds als kind kreeg hij visioenen, die in de loop der jaren kreeg steeds frequenter en heftiger werden. In 1467 vertrekt hij naar Bazel waar hij wil leven als kluizenaar. Onderweg krijgt hij echter een visioen, dat hem ertoe aanzet om terug te gaan naar de Ranft-vallei, ongeveer een uur lopen van het huis van zijn gezin. In eerste instantie woont hij daar in een hut gemaakt van takken en bladeren, maar in 1469 bouwen de lokale autoriteiten een cel en een kapel voor hem, die gewijd wordt aan Thomas, Bisschop van Ascalon. Daar woont hij, als broeder Klaus, tot aan zijn dood in 1487. Gedurende die tijd (ruim 20 jaren) zou hij niet gegeten en gedronken hebben, met uitzondering van de dagelijkse eucharistie. Tijdens zijn kluizenaarschap wordt hij bezocht door vooraanstaande personen uit heel Europa, die hem om advies vragen. In 1480 vraagt Henry Imgrund, pastoor van Stans, hem om advies in een dreigende oorlog tussen de Zwitserse confederaties; met zijn advies wordt de oorlog voorkomen.
Nicolaas van Flüe is de eerste patroon van Zwitserland. In 1669 wordt hij zaligverklaard door paus Clemens IX, en in 1947 wordt hij door paus Pius XII heilig verklaard. Zijn graf en kapel behoren tot de belangrijkste bedevaartsoorden in Zwitserland.

dinsdag 18 maart 2008

Heilige

Eduard de Martelaar (Engels: Edward the Martyr) (circa 962 -18 maart 978/979) volgde in 975 zijn vader Edgar op als koning van Engeland, maar werd na een paar jaar al vermoord. Eduard werd beschouwd als een goed christen en werd in 1001 heiligverklaard.
Zijn koningschap werd betwist door een groep mensen onder leiding van zijn stiefmoeder, koningin Elfrida. Zij wilde dat haar zoon en Eduards halfbroer Ethelred II koning zou worden. Eduard had echter meer steun, ook van St.-Dunstan en de Witan (koninklijk adviesorgaan van hooggeplaatsen uit de samenleving). Een paar jaar later bezocht hij Elfrida en Ethelred in Corfle Castle. Daar bood Elfrida hem een glas mede aan en terwijl hij dit dronk werd hij in de rug gestoken. Ethelred was pas tien jaar oud en was dus niet rechtstreeks bij de moord betrokken.
In 1001 werd Eduard heilig verklaard. Zijn feestdag is op 18 maart. Men haalde zijn stoffelijk overschot uit zijn graf en plaatste het in een reliekschrijn in Shaftesbury Abbey. Onder koning Hendrik VIII (16e eeuw) werden veel kloosters gesloten en heilige plaatsen verwoest, maar Eduards overblijfselen werden verborgen. In 1931 vond ene Mr. Wilson-Claridge de relikwieën bij een archeologische opgraving. De osteoloog Dr. T.E.A. Stowell bevestigde dat het inderdaad om Eduard de Martelaar ging. Wilson-Claridge schonk de relikwieën aan de Russisch Orthodoxe kerk buiten Rusland. Deze plaatste ze in een kerk in Brookwood Cemetery in Woking (Surrey). De kerk heet nu St. Edward the Martyr Orthodox Church.

zondag 16 maart 2008

Heilige

De heilige Heribert (Worms, 970 - Keulen-Deutz, 16 maart, 1021) was een zoon van Hugo, graaf van Worms. Heribert werd in 994 tot priester gewijd en werd kanselier voor Italië onder Otto III. Hij werd kanselier voor Duitsland in 997 en aartsbisschop van Keulen in 999. Bij de dood van Otto III verzette hij zich aanvankelijk tegen de opvolging van Hendrik II en werd hij gevangen genomen. Maar nadien erkende hij de koning en werd hij een van zijn raadgevers. Hij stichtte de abdij van Keulen-Deutz.
Hij werd in 1075 heilig verklaard. Zijn feestdag is op 16 maart. Hij wordt aanroepen tegen droogte en voor regen en is de patroon van Keulen-Deutz, maar waarom hij heilig is verklaard, ontgaat ons.

zaterdag 15 maart 2008

Heilige

Artémides Joaquín Desiderio Zatti, soms ook gespeld als Artemide Zatti (Boretto (Italië), 12 oktober 1880 - Bahía Blanca (Argentinië), 15 maart 1951) was een Argentijns ziekenhuisdirecteur van Italiaanse afkomst.
Zatti kwam uit een arm gezin met nog zeven andere kinderen, en ging op zijn negende al uit werken. Het gezin week in 1897 uit naar Bahía Blanca in Argentinië in de hoop om daar werk te vinden. Artemide werkte er in een tegelfabriek en volgde catechese in een schooltje van de salesianen. Op zijn 20e trad hij in bij de salesianen in Casa di Bernal.
Artemide werd besmet met tuberculose toen hij een jonge priester van de salesianen met deze ziekte verzorgde. Hij werd naar de kliniek van San José gestuurd voor de behandeling die toentertijd beschikbaar was. Samen met zijn vriend en niet-officiële dokter, pater Evarisio Garrone, bad Artemide om de tussenkomst van Onze Lieve Vrouw, Hulp der Christenen, met de belofte om zijn leven aan de zieken te wijden als hij genas. De jonge salesiaan genas en herstelde op wonderbaarlijke wijze. Hij hield zijn belofte en werkte in de apotheek van de kliniek. Hij leerde tevens ziekenhuisbeheer van pater Garrone. Na de dood van zijn mentor nam Artemide de leiding van de kliniek op. Elk moment dat hij zich kon vrijmaken van zijn administratieve werkzaamheden, spendeerde hij bij de zieken. De kliniek is thans naar hem genoemd.
Hij werd in 2002 zaligverklaard door paus Johannes Paulus II. Zijn gedenkdag is op 15 maart.

donderdag 13 maart 2008

Heilige

Sint Leander van Sevilla (Cartagena omstreeks 534 - Sevilla 13 maart 600 of 601) was een katholieke aartsbisschop van Sevilla.
Hij is geboren als zoon van Severianus en Theodora en had twee broers Isidorus, Fulgentius en een zus Florentina. Leander werd op jonge leeftijd een benedictijnse monnik. Hij werd door de koning der Visigoten, Leovigild, verbannen en vestigde zich in Byzantium van 579 tot 582. Daar leerde hij de latere Paus Gregorius I - die op dat moment legaat was in Byzantium voor Paus Pelagius II - kennen en werd met hem bevriend. Hij wist Hermenegild en Reccared, de zonen van Leovigild, te bekeren tot het christendom. Hij keerde later terug naar Spanje en werd in 587 benoemd tot zevende aartsbisschop van Sevilla. Zijn broer Isidorus zou hem in die functie opvolgen en had het grootste deel van zijn opleiding van Leander gehad.
Hij is de patroon van Sevilla en tegen de reumatiek.
Zijn feestdag is op 13 maart.

zondag 9 maart 2008

Heilige

Domenico Savio (* 2 april 1842, Riva bij Chieri - † 9 maart 1857, Mondonio) was een leerling van Don Bosco.
Savio groeide op in een gezin met tien kinderen. In 1854 ging hij school in het oratorium van Don Bosco in Valdocco bij Turijn. Vandaar bezocht hij het gymnasium in de stad Turijn. Als gymnasiast had hij zich voorgenomen priester te willen worden. De jongen ontwikkelde zich tot steun voor Don Bosco, die Savio ooit zijn ideale leerling noemde. In 1856 stichtte Domenico met de hulp van Don Bosco de Compagnia dell'Immacolata, het "Onbevlekte-verbond", dat de actiefste leerlingen van Don Bosco samenbracht. De regelmatige biecht en communie, de verering van Maria en de betekenis van het apostolaat werden er gecultiveerd. Bij de oprichting van de Salezianen in 1859 rekruteerde Don Bosco vrijwel uitsluitend uit de leden van deze Compania dell'Immacolata.
Savio overleed op bijna 15-jarige leeftijd als gevolg van een zwakke gezondheid. De directe overlijdensoorzaak was tuberculose. Nauwelijks twee jaar later schreef Don Bosco een eerste kleine biografie over Domenico Savio, waarin hij zijn lievelingsleerling protretteerde als het ideaalbeeld van een goed leerling en christen herkende. Op 3 mei 1950 werd Savio zaligverklaard en op 12 juni 1954 heiliggesproken.
Domenico Savio geldt sinds 1956 als patroon van de koorknapen Pueri Cantores, sinds 1960 ook van de misdienaars. Hij wordt eveneens aangeroepen door aankomende moeders. In Lecce bevindt zich een door Salezianen bediende kerk, gewijd aan de H. Domenico Savio, die 16 april 1984 door paus Johannes Paulus II werd verheven tot basiliek. De relieken van Domenico rusten, net als die van Don Bosco en Maria Mazzarello, in de basiliek van Maria Hulp der Christenen te Turijn. De gedachtenis van Domenico Savio valt op 9 maart.

vrijdag 29 februari 2008

Heilige

Hilarius was de 46ste paus van de rooms-katholieke Kerk en de opvolger van de zeer populaire en actieve paus Leo I. Het was voor Hilarius geen gemakkelijke taak diens populariteit te evenaren. Hij had echter in de voorgaande jaren intensief samengewerkt met Leo I en stelde zich ten doel om zijn pausschap vorm te geven naar het voorbeeld van zijn mentor Leo I.
Tijdens zijn pontificaat richtte Hilarius zich met name op het verbreiden van de doctrine van de Pauselijke Suprematie, het primaat van Rome. Daarom mengde hij zich in menig theologisch dispuut, onder andere in Frankrijk en Spanje, waar onderlinge geschillen tussen bisschoppen speelden.
Hij schreef brieven waarin hij deze doctrine benadrukte aan de kerkelijke leiders in het Oosten. Ook streed hij – waar hij die ook maar tegenkwam - tegen ketterijen tegen de door hem bewaakte doctrine van de pauselijke suprematie. Al met al was, ondanks zijn inspanningen, zijn regeerperiode er een met weinig indrukwekkende gebeurtenissen.
Hilarius stierf op 29 februari 468. Dat is ook zijn naamdag, want hij werd heilig verklaard. Als het geen schrikkeljaar is, dan wordt zijn naamdag op 28 februari gevierd.

donderdag 28 februari 2008

Heilige

De Heilige Hedwig van Polen, Pools: Jadwiga (Boeda (Hongarije), ca. 1371/1374 - Krakau (Polen), 17 juli 1399) was de jongste dochter van Lodewijk de Grote, koning van Hongarije en Polen. Onmiddellijk na haar geboorte werd ze verloofd met hertog Willem I van Stiermarken. Ze werd koningin van Polen in 1384 na het overlijden van haar vader.
Hedwig huwde grootvorst Jogaila van Litouwen na diens verkiezing tot koning van Polen (als Władysław II Jagiełło) en na diens bekering in 1386.
Als konigin gaf Hedwig bijzondere aandacht aan de missie in Litouwen. Zij stichtte kloosters, het bisdom Vilnius en de theologische faculteit van de universiteit van Kraków. Ze hechtte ook groot belang aan een goede verstandhouding met de Duitse Orde en met Hongarije.
Hedwig werd in 1997 in Krakau heilig verklaard. Haar feestdag is op 28 februari.
Ze werd heilig verklaard door de vorige paus, die zelf ook Pools was. En ik begrijp dat best: dat zijn allemaal maar Italianen, die heiligen, zal de man gedacht hebben. Er moet ook een Pool op de lijst.

maandag 25 februari 2008

Heilige

Papias was omstreeks 130 bisschop van Hiërapolis in Klein-Azië. Hij heeft een boek geschreven in vijf delen met als titel Verklaring van de woorden des Heren, waarvan slechts fragmenten van bekend zijn. Korte gedeelten zijn onder andere bewaard gebleven in het werk Tegen de ketters van Irenaeus van Lyon en de Kerkelijke geschiedenis van Eusebius. Deze fragmenten worden gerekend tot de Apostolische Vaders.
In zijn boek verzamelde Papias niet alleen gegevens over het leven en de prediking van Jezus Christus maar ook over de apostelen en de eerste christenen. Deze informatie kreeg hij van mensen die een generatie ouder waren als hijzelf en die de apostelen gekend zouden hebben. Hij is de eerste die Matteüs en Marcus als schrijvers van een evangelie noemt. Ook lijkt hij een onderscheid te maken tussen de evangelist Johannes en een gelijknamige oudste die de drie Brieven van Johannes geschreven zou hebben. De verschillende samenvattingen van zijn woorden zijn echter niet duidelijk en spreken elkaar gedeeltelijk tegen.
Als kerkhistoricus raakte Papias in de vergetelheid en zijn boek werd vervangen door dat van Eusebius. Deze was uitermate negatief over hem omdat hij de Bijbel letterlijk nam en de leer van het Duizendjarig rijk aanhing. Papias was bevriend met Polycarpus.
Zijn feestdag is op 25 februari. Maar wat mij zo interesseert: buiten de evangelisten die hij noemt. Waarom lacht die man niet. Nooit wordt er gelachen in dat rare geloof.

vrijdag 22 februari 2008

Heilige

De zalige gravin Émilie d'Oultremont d'Hooghvorst (Wégimont, 11 oktober 1818 - Florence, 22 februari 1878) huwde in 1837 met baron Victor Vanderlinden, baron d'Hooghvorst, met wie zij 4 kinderen kreeg. Na tien jaar huwelijk overleed Victor. Zo werd Émilie op 29-jarige leeftijd weduwe. Na een diepe religieuze ervaring op 8 december 1854, richtte Emilie een congregatie op: de orde van Maria Reparatrix. Ze nam de naam aan van Maria van Jezus en begon met 10 kloosterlingen op 2 mei 1858 te Straatsburg een congregatie. Congregaties werden nadien in geheel Europa gesticht, evenals in India, Réunion en Mauritius. De missie was Jezus bekend en bemind te maken.
Zij werd zalig verklaard in 1997. Haar feestdag is op 22 februari.
Tot zover Wikipedia. Ze heeft dus geen wonderen verricht, dus ze zal misschien niet meteen heilig verklaard worden. Misschien kan Maria Reparatrix dat nog even repareren.